Wat met de schoolkosten na een echtscheiding?
Een twistpunt tussen ex-partners gaat vaak over de kosten voor de kinderen. Het nieuwe schooljaar staat voor de deur. Daarom is het interessant om alles over schoolkosten na echtscheiding nog eens op een rijtje te zetten en tijdig afspraken te maken. In vorige artikels kwam deze problematiek al aan bod. Hieronder laten we ook fiscaal expert Michel Maus hierover aan het woord (bron: Het Laatste Nieuws 08/08/22)
Wat met schoolkosten na een echtscheiding? “Wie onderhoudsgeld betaalt, geniet van fiscale aftrekbaarheid”
In principe is de wettelijke regeling rond onderhoudskosten vrij duidelijk. De wetgeving maakt immers een onderscheid tussen gewone en buitengewone kosten. De gewone kosten zijn de gebruikelijke kosten die verband houden met het dagelijkse onderhoud van het kind. Het kan hierbij zowel gaan om verblijfsgebonden als om verblijfsoverstijgende kosten.
Verblijfsgebonden kosten slaan rechtstreeks op het verblijf van het kind bij één van de ouders. Het gaat hier dan om de gebruikelijke kosten zoals huisvesting, voeding, energie en kosten voor hygiëne. Verblijfsoverstijgende kosten zijn eerder persoonlijk ten aanzien van het kind. Het gaat hier om kledij, sport en cultuur, gezondheidszorg, enzovoort.
In principe moet de ouder bij wie het kind verblijft deze kosten dragen. Wanneer de verblijfsregeling ongelijk is verdeeld tussen beide ouders, en de ene ouder betaalt als compensatie hiervoor een onderhoudsuitkering voor de kinderen, dan gaat men ervan uit dat de gewone kosten in die onderhoudsuitkering is inbegrepen.
Buitengewone kosten
Naast de gewone kosten voorziet een echtscheidingsregeling ook een regeling voor de buitengewone kosten. Kosten die buitengewoon zijn, hebben betrekking op uitzonderlijke, noodzakelijke of onvoorzienbare uitgaven die gemaakt moeten worden bij toevallige of uitzonderlijke gebeurtenissen. In tegenstelling tot de gewone kosten die betaald worden door de ouder bij wie het kind verblijft, worden de buitengewone kosten verdeeld tussen beide ouders. Dat betekent dat deze kosten bovenop de normale onderhoudsuitkering komen.
Het is dan natuurlijk nog de vraag welke schoolkosten als gewone en welke als buitengewone kosten worden aanzien. Om dat te weten kunnen we terugvallen op het burgerlijk recht, want de buitengewone kosten werden wettelijk vastgelegd.
Onder de normale schoolkosten vallen onder andere:
• kosten van maaltijden;
• zwemlessen;
• telefoon.
Buitengewone schoolkosten daarentegen zijn onder andere:
• meerdaagse schoolactiviteiten tijdens het schooljaar zoals ski-, zee- en bosklassen;
• schoolboeken en cursussen;
• noodzakelijk gespecialiseerd en kostelijk studiemateriaal en/of schoolkledij;
• abonnementen voor het openbaar vervoer van en naar school;
• inschrijvingsgeld en cursussen voor hogere studies en/of bijzondere opleidingen alsook niet gesubsidieerd onderwijs;
• informatica-apparatuur;
• kosten verbonden aan een verblijf op internaat of aan de huur van een studentenkamer;
• kosten van bijlessen die het kind moet volgen om in zijn schooljaar te slagen.
In principe moeten ouders voorafgaandelijk en in onderling overleg tot een akkoord komen over de buitengewone kosten. Dit kan bijvoorbeeld via bemiddeling. Als een van de ouders echter niet reageert op de voorstellen van de andere ouder, dan wordt er na 21 dagen verondersteld dat er een akkoord is over de voorgestelde regeling.
En wat met de fiscale aftrekbaarheid van deze kosten?
De ouder die onderhoudsgeld betaalt voor de kinderen, en enkel deze ouder, geniet van een fiscale aftrekbaarheid ten belope van 80 procent van het betaalde onderhoudsgeld. Indien deze ouder ook buitengewone kosten draagt voor de kinderen, dan zijn die betalingen ook ten belope van 80 procent aftrekbaar. De ouder bij wie de kinderen effectief verblijven, geniet niet van deze aftrekbaarheid.